Toen het coronavirus uitbrak twijfelde collega Angela de Keijzer geen moment en meldde zich vrijwillig aan voor het post-COVID revalidatieteam van Laurens Intermezzo Zuid. Hier kunnen corona (COVID-19) patiënten revalideren die van de intensive care komen, of aanhoudende klachten van corona houden. Angela was in eerste instantie ‘nieuwsgierig’ naar wat ze voor hen kon betekenen en dacht: deze mensen hebben ons nodig.
Zowel fysiek als mentaal hebben deze patiënten veel te verwerken.
"Ons team biedt normaal gesproken revalidatie met betrekking tot COPD, dus chronische longziekte. Aangezien revalideren van corona net als COPD ook de longen raakt, riepen de directie en onze teamleider ons bij elkaar en vroeg of wij het revalidatieproces van deze mensen wilden begeleiden. Toen kwam daarna gelijk de vraag: ‘Als jullie dit niet zien zitten, zeg dat gewoon eerlijk. Dat is je goed recht.’ Maar ik had gelijk iets van: dit wil ik wel doen. Net als mijn collega’s overigens."
"Laurens heeft onder de collega’s een vragenronde gehouden over: wat heb je nodig om met een veilig gevoel dit werk te kunnen doen? Wij deden veel testen. Niet alleen de testen van het ziekenhuis, maar ook die van Laurens zelf. We krijgen als iemand van de IC bij ons binnenkomt een mailtje waarin staat dat diegene door het ziekenhuis negatief op corona getest is. Het vertrouwen naar de ziekenhuizen toe is er uiteraard, maar de bevestiging vanuit je eigen organisatie, je eigen arts, is toch wel erg fijn. Dat was voor ons wel een voorwaarde: we willen dit waterdicht hebben. En dat er genoeg materialen aanwezig zijn waarmee wij ons voldoende kunnen beschermen. Daar is toen voor gezorgd."
Je moet tijdens het revalidatieproces vertrouwen bij de patiënt opbouwen.
"In de media zie je continu de IC voorbijkomen als het over corona gaat, maar na tien jaar in de zorg weet je ook dat mensen die van de IC komen, altijd nazorg nodig hebben. Toen dacht ik: wat gaat er met deze mensen gebeuren als ze van de IC komen? We zien bij ex-COVID patiënten een beetje dezelfde soort klachten als bij COPD-patiënten. En bij veel ex-COVID patiënten die van de IC komen, is de spiermassa behoorlijk afgebroken. Die moet eerst worden opgebouwd om na een tijdlang op bed te hebben gelegen weer te kunnen lopen. Ook hebben ze vaak tijdelijk sondevoeding nodig, omdat door intubatie de slikspieren zijn verslapt. Dan beginnen we eerst met sondevoeding, kleine slokjes water en zo proberen terug naar vast voedsel te leiden. Voor deze vorm van revalideren konden we goed overleggen met de Erasmus IC-verpleegkundigen. Dat heeft ons ook geholpen. Daarnaast zitten er een psycholoog en een geestelijk verzorger op de afdeling die de patiënten en ons team ondersteunen."
"We zien best grote verschillen tussen de ex-COVID patiënten die bij ons binnenkomen. De ene patiënt verlaat na 2-3 weken Intermezzo lopend, maar we hebben ook patiënten die er veel langer over doen. Dus in het revalidatieproces moet je daarom goed kunnen inspelen op de situatie en vertrouwen bij de patiënt opbouwen. Ik probeer daarom altijd naar de patiënt te kijken en te bedenken: wat is de behoefte? Klachten bespreekbaar maken of gewoon even bij de patiënt binnenlopen voor een praatje om die even gerust te stellen."
Als het mentaal beter gaat, kan het fysieke herstel ineens snel gaan.
"Wat we zien is dat de patiënten lichamelijk soms al aan revalideren toe zijn, maar met hun hoofd, hun psyche, nog niet. Ze zijn bang, hebben hun familie al weken niet gezien en maken zich zorgen om hen. Ze zijn plotseling erg ziek geworden en, zoals ze het zelf omschrijven, zijn een ‘stuk van hun leven kwijt’ door zo’n lange periode op de IC. Zowel fysiek als mentaal hebben ze daarom veel te verwerken en hebben vermoedelijk nog een lange weg te gaan. Als zorgmedewerkers proberen we dit zo goed mogelijk op te vangen. Bijvoorbeeld samen met de patiënt beeldbellen naar huis. Maar ook als de patiënt dan weer ophangt, zijn wij er om ze op te vangen. Dat deel maakt het voor ons soms wel zwaar.
En daarnaast stagneert daardoor het lichamelijke herstel. Het heeft eigenlijk nog niet zoveel kans van slagen als ze nog niet de rust hebben gevonden, de situatie hebben geaccepteerd. Als het mentaal beter gaat, zien we vaak dat het fysieke herstel opeens heel snel kan gaan."
Ik voel elke dag de drive om weer naar m'n werk te gaan.
"Er wordt in dit werk veel van je gevraagd, maar ik wil het ook zelf graag doen. Af en toe kom ik thuis van werk en denk ik: deze patiënt had qua leeftijd mijn ouder of mijn man kunnen zijn. Dan komt het wel even heel dichtbij en moet ik even slikken. Soms kan even huilen opluchten, of met m’n team praten. We hebben een teamleidster die volledig achter ons staat en ik heb vriendinnen bij wie ik m’n ei kwijt kan. Dat geeft me de drive om de volgende dag weer naar m’n werk te gaan.
Als cliënten bij ons weggaan, zijn ze vaak heel dankbaar. We kregen laatst bijvoorbeeld een kaartje van een mevrouw die schreef: ‘Na 44 dagen revalideren mag ik weer naar huis. En mede dankzij jullie zie ik de toekomst weer vol goede moed tegemoet.’ Zij kwam als een bedlegerige dame bij ons binnen, kon niet zelfstandig drinken en eten of lopen. En na 44 dagen loopt zij dan Intermezzo uit. Dan slik je als verpleging zijnde wel even wat weg en denk je: dit is gewoon écht tof."